2 Koningen 10:29

SVMaar van de zonden van Jerobeam, den zoon van Nebat, die Israel zondigen deed, na te volgen, week Jehu niet af, [te weten,] van de gouden kalveren, die te Beth-el en die te Dan waren.
WLCרַ֠ק חֲטָאֵ֞י יָרָבְעָ֤ם בֶּן־נְבָט֙ אֲשֶׁ֣ר הֶחֱטִ֣יא אֶת־יִשְׂרָאֵ֔ל לֹֽא־סָ֥ר יֵה֖וּא מֵאַֽחֲרֵיהֶ֑ם עֶגְלֵי֙ הַזָּהָ֔ב אֲשֶׁ֥ר בֵּֽית־אֵ֖ל וַאֲשֶׁ֥ר בְּדָֽן׃ ס
Trans.raq ḥăṭā’ê yārāḇə‘ām ben-nəḇāṭ ’ăšer heḥĕṭî’ ’eṯ-yiśərā’ēl lō’-sār yēhû’ mē’aḥărêhem ‘eḡəlê hazzâāḇ ’ăšer bêṯ-’ēl wa’ăšer bəḏān:

Algemeen

Zie ook: Beth-El, Goud, Zonde
1 Koningen 12:28

Aantekeningen

Maar van de zonden van Jerobeam, den zoon van Nebat, die Israël zondigen deed, na te volgen, week Jehu niet af, [te weten,] van de gouden kalveren, die te Beth-el en die te Dan waren.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

רַ֠ק

Maar

חֲטָאֵ֞י

van de zonden

יָרָבְעָ֤ם

van Jeróbeam

בֶּן־

den zoon

נְבָט֙

van Nebat

אֲשֶׁ֣ר

die

הֶחֱטִ֣יא

zondigen deed

אֶת־

-

יִשְׂרָאֵ֔ל

Israël

לֹֽא־

niet

סָ֥ר

week

יֵה֖וּא

Jehu

מֵ

-

אַֽחֲרֵיהֶ֑ם

na te volgen

עֶגְלֵי֙

kalveren

הַ

-

זָּהָ֔ב

van de gouden

אֲשֶׁ֥ר

die

בֵּֽית־

-

אֵ֖ל

te Beth-El

וַ

-

אֲשֶׁ֥ר

-

בְּ

-

דָֽן

en die te Dan


Maar van de zonden van Jerobeam, den zoon van Nebat, die Israël zondigen deed, na te volgen, week Jehu niet af, [te weten,] van de gouden kalveren, die te Beth-el en die te Dan waren.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!